In dit gesprek bespreekt Rupert Spira de relatie tussen non-dualiteit en wetenschap. Hij stelt dat non-dualiteit de hoogste vorm van wetenschap is, omdat het laat zien dat bewustzijn de basis van de werkelijkheid is, in plaats van een bijproduct van materie. Rupert vergelijkt dit met eerdere paradigmaverschuivingen in de geschiedenis, zoals het besef dat de aarde rond is, en benadrukt dat de huidige materialistische visie op bewustzijn leidt tot gevoelens van afscheiding en conflict. Hij hoopt dat steeds meer mensen, inclusief wetenschappers, zullen openstaan voor een breder perspectief waarin bewustzijn centraal staat.
Deelnemer: Hoi Rupert, bedankt voor een geweldige week. Dit was mijn eerste retraite, maar zeker niet mijn laatste. Mijn vraag gaat over de relatie tussen wetenschap en non-dualiteit. Gisteren zei je dat non-dualiteit de hoogste vorm van wetenschap is, en je gaf de mooie vergelijking dat de expansie van bewustzijn te vergelijken is met een esoterische versie van de oerknal.
Mijn vraag is: we zitten nu in een paradigmaverschuiving, en bij elke verschuiving is er een groep mensen die dat mogelijk maakt. Of het nu gaat om de ontdekking dat de aarde om de zon draait, de burgerrechtenbeweging, vrouwenrechten, of een ander groot ontwaken in onze geschiedenis. Kun je jouw visie delen over waar we nu staan en waar we naartoe gaan in deze verschuiving?
Rupert Spira: Ja, door de geschiedenis heen hebben we meerdere paradigmaverschuivingen gezien. Ooit dachten we dat de aarde plat was, of dat de zon om de aarde draaide. Nu geloven we dat bewustzijn voortkomt uit materie. Bij elke paradigmaverschuiving draait het vaak om een omkering van wat we tot dan toe dachten.
We dachten dat de aarde plat was, simpelweg omdat dat was wat onze zintuigen ons vertelden. Het was voor veel mensen ondenkbaar en niet intuïtief om te geloven dat de aarde rond is. Hetzelfde geldt voor de zon: je ziet hem opkomen, je volgt zijn boog gedurende de dag, en het lijkt logisch dat hij om de aarde draait. Maar uiteindelijk bleek de waarheid een omkering van deze aannames.
Nu geloven we dat bewustzijn uit materie voortkomt, omdat onze zintuigen dat suggereren. Als we onze ogen sluiten, verdwijnt de wereld; openen we ze weer, dan verschijnt de wereld opnieuw. Het lijkt dus alsof dat wat de wereld waarneemt, zich in het lichaam bevindt, net achter de ogen.
Maar als we dieper onderzoeken, ontdekken we dat de waarheid eigenlijk het omgekeerde is. De huidige opvatting, dat bewustzijn een product is van materie, zorgt ervoor dat we onszelf als tijdelijk en beperkt zien. Dat gevoel van afscheiding leidt tot innerlijke onvrede en conflict, zowel op persoonlijk als op wereldniveau. Dit leidt zelfs tot een destructieve relatie met de planeet.
Als deze visie niet verandert, zal dat uiteindelijk tot vernietiging leiden. Ik hoop dat steeds meer mensen gaan inzien dat de materialistische kijk op de wereld tekortschiet, en dat meer mensen zich openstellen voor het idee dat bewustzijn de basis van alles is.
Voor echte verandering moeten ook mensen in invloedrijke posities, zoals wetenschappers, openstaan voor dit nieuwe inzicht. In onze samenleving worden wetenschappers als de autoriteiten gezien waarnaar geluisterd wordt. We zien gelukkig al dat sommige wetenschappers geïnteresseerd raken in dit onderwerp.
Deelnemer: Ga je met hen samenwerken?
Rupert Spira: Ja, natuurlijk. Ik sta open voor gesprekken met iedereen, en ik heb al met wetenschappers gesproken, bijvoorbeeld op de Science and Non-Duality conferentie. Daar ontmoet ik regelmatig wetenschappers die nieuwsgierig zijn naar deze ideeën. Dus ja, ik ben zeker bereid om dat gesprek aan te gaan.
Deelnemer: Wat je net uitlegde, vond ik erg interessant. Ik vraag me af in hoeverre dogma hier een probleem is. Ooit geloofden we bijvoorbeeld dat de aarde plat was, maar het lijkt erop dat sommige oude beschavingen al wisten dat de aarde rond was. Het probleem ontstond toen de Kerk die opvatting vastlegde en verklaarde dat het ketterij was om anders te denken. Zie je een soortgelijk dogma in de wetenschap, waarin weerstand bestaat tegen de ideeën die jij naar voren brengt?
Rupert Spira: Ja, je hebt gelijk. Er is zeker weerstand in de wetenschap, maar het zijn niet de ideeën zelf waar wetenschappers moeite mee hebben. Veel wetenschappers zijn slim genoeg om te begrijpen waar we het hier over hebben. De weerstand komt voort uit het feit dat veel wetenschappers hun identiteit hebben verbonden met hun materialistische opvattingen. Wanneer die ideeën worden uitgedaagd, voelt dat voor hen alsof hun identiteit wordt aangevallen.
Hun overtuigingen loslaten zou voor hen voelen als een soort ‘dood’ van hun zelfbeeld. Het gaat dus niet alleen om het loslaten van ideeën, maar ook om het loslaten van wie ze denken dat ze zijn.
Deelnemer: Dus je zegt eigenlijk dat er niet veel verschil is tussen traditionele religie en het huidige materialistische wereldbeeld?
Rupert Spira: Precies. De traditionele opvatting dat God buiten het universum staat en het van buitenaf schept, lijkt eigenlijk heel erg op de materialistische kijk dat materie buiten het bewustzijn staat en alles, inclusief bewustzijn, creëert. Beide opvattingen zijn gebaseerd op het idee dat bewustzijn tijdelijk en beperkt is, en voortkomt uit het lichaam.
Als ik moest kiezen tussen deze twee, dan zou ik de religieuze opvatting verkiezen, omdat religieuze mensen tenminste eerlijk toegeven dat het om een geloof gaat. Materialisten doen alsof hun opvatting de waarheid is, terwijl het in feite ook een geloof is. Beide ideeën—zowel het geloof in een externe God als het geloof in materie—komen voort uit dezelfde fout: de overtuiging dat bewustzijn beperkt is tot het lichaam.
Vroeg of laat moeten zowel de religieuze als de materialistische denkers zich de vraag stellen: Wat is de aard van mijn geest? Want zonder te begrijpen hoe onze geest werkt, kunnen we nooit begrijpen wat de wereld echt is. Deze zoektocht naar de aard van de geest is de hoogste vorm van wetenschap en de diepste vorm van religie.
Deelnemer: Kun je nog duidelijker omschrijven wat bewustzijn dan precies is?
Rupert Spira: Zeker. Bewustzijn is datgene waarmee alle ervaringen worden gekend, datgene waarin alle ervaringen verschijnen, en datgene waaruit alle ervaringen bestaan. Bewustzijn is het fundamentele, het irreduceerbare element van de werkelijkheid.
Materialistische wetenschap beschouwt energie vaak als het meest basale element, maar ik zou zeggen dat energie een activiteit van bewustzijn is. Bewustzijn gaat vooraf aan energie. En hoewel ik soms kritisch ben over materialistische wetenschap, bedoel ik niet dat alle materialistische wetenschap ongeldig is. Helemaal niet. Materialistische wetenschap is geldig, maar het is een onderzoek naar de wereld zoals die ervaren wordt vanuit het perspectief van een afgescheiden subject. Vanuit dat standpunt lijkt de wereld inderdaad uit materie te bestaan. Wetenschap binnen dat kader heeft zijn eigen wetten en regels, en die werken ook op dat niveau.
Wat ik doe, is dit in een breder perspectief plaatsen. Ik stel voor dat de wetten van de fysica niet zozeer de wetten zijn van hoe materie zich gedraagt, maar hoe bewustzijn zich ontvouwt als geest of mind. Eigenlijk geef ik de wetenschap een update en plaats ik haar in een groter, bewuster model van de werkelijkheid.
Deelnemer: Dus je zegt dat de materialistische wetenschap nog steeds geldig is, maar in een meer beperkte context?
Rupert Spira: Ja, precies. Materialistische wetenschap is geldig, maar binnen een beperkte kijk op de werkelijkheid. Wat ik voorstel, is een veel groter model, waarin ook al die andere menselijke ervaringen passen die de materialistische wetenschap vaak negeert of niet kan verklaren. Denk aan liefde, vrede, geluk, intuïtie, empathie, bijna-doodervaringen, en andere verschijnselen. In het materialistische model worden deze ervaringen vaak genegeerd of weggestopt omdat ze niet in dat beperkte raamwerk passen.
Het grotere model dat ik voorstel, omvat de materialistische wetenschap, maar het kan ook al die aspecten van ons dagelijks leven verklaren die buiten dat kader vallen.
Rupert Spira: Onze ware zelf wordt niet getransformeerd of ‘verlicht’ door dit onderzoek naar non-dualiteit. Er bestaat niet zoiets als een ‘verlicht persoon’. Jezus, Ramana Maharshi, de Boeddha—dit waren gewone mensen, net zoals jij en ik. Maar het licht van hun wezen werd niet verduisterd door ervaring.
Voor de meeste mensen is ervaring ofwel zo aangenaam, ofwel zo pijnlijk, dat het het simpele weten van hun eigen wezen vertroebelt. Ze raken zo verstrikt in hun ervaringen dat ze het contact met hun eigen wezen verliezen.
Wat we hier doen, is simpelweg herkennen wat we in wezen zijn—het “ik” waar we naar verwijzen als we zeggen: “Ik ben.” Deze herkenning is geen nieuw weten; het is altijd aanwezig, maar vaak bedekt door ervaring. Elke keer dat we deze waarheid weerzien, verliest de ervaring een beetje van haar vermogen om ons ware zelf te verhullen. Na verloop van tijd worden we meer en meer gevestigd in dit besef, en daarmee wordt de vrede die onze ware natuur is, steeds toegankelijker.
Dit besef dringt dan door in alle aspecten van ons leven—hoe we denken, voelen, handelen en omgaan met anderen—en weerspiegelt de diepere waarheid van wie we werkelijk zijn.